(21.07.2013)
`Er ist wieder da´, zo heet de bestseller van Timur Vermes waarvan er nu al bijna een miljoen in Duitsland verkocht zijn. Een satirisch boek over Adolph Hitler, en als u het niet heeft gelezen, heeft u het vast weleens in de winkel zien liggen: een witte cover met bovenin alleen die haarlok. En dan weet je voldoende. Het boek is in 30 talen vertaald en wordt binnenkort verfilmd. Het gaat over de Führer, die in 2011 ontwaakt uit zijn coma en met grote ogen naar het nieuwe Duitsland kijkt. Zijn wederopstanding blijft niet onopgemerkt, de ene na de andere talkshow nodigt de voormalige dictator uit en hij krijgt zelfs een eigen tv-programma. En steeds opnieuw blijkt dat hij alleen nog maar ironisch wordt bekeken.
Het boek is geschreven in de ik-vorm, wat wel een vondst is in dit geval, omdat de lezer wordt gedwongen in het hoofd van het gevreesde en gehate monster te kruipen. En het is beslist een voordeel bij de zeer populaire Hörbuch-versie (300.000 verkocht), omdat die met ronde Oostenrijkse tongval wordt voorgedragen. Zelf vind ik er niet veel aan, maar daar gaat het nu niet om. Wat wel boeit, is de manier waarop Duitsland met het fenomeen Hitler omgaat. Steeds meer Duitsers kunnen erom lachen. Dat blijkt ook uit satirische programma’s op televisie. Bij harde grappen over de nazi´s en over Hitler (vooral in relatie tot huidige politici) hebben ze wel iets besmuikts, als schoolkinderen, zo van `ooooh, hoor nou es wat die zegt´, maar daarna moeten ze toch lachen. En dat is heilzaam. Want wie belachelijk is, is ongevaarlijk.
Die spot is overigens geen `Verharmlosung´, zoals de Duitsers dat zelf noemen. Er wordt niets goedgepraat of gebagatelliseerd. Ja, de Hitler-mythe wordt afgebroken, en terecht, een goed tegenwicht tegen de persoonsverheerlijking door de neo-nazi’s, maar met zijn erfenis valt niet te spotten. Zo heeft de vereniging van Berlijnse hoteliers haar leden opgeroepen geen onderdak te verlenen aan de extreem-rechtse Britse historicus David Irving, een `Holocaust-leugner´, die op 10 september in het `hart van Berlijn´ wil optreden, maar overnachten kan hij er niet en onder de boycot vallen ook zalen en soortgelijke faciliteiten, als iedereen tenminste meedoet. Irving ziet zijn kans schoon, nu de rechtbank in München zijn inreisverbod, dat gold tot 2022, heeft opgeheven.
De jacht op nazi-misdadigers gaat intussen door, en wordt nieuw opgestart onder de titel `Last Chance II´, geleid door het het Simon-Wiesenthal-Zentrum in Israel. Echt de laatste kans, want over vijf jaar is werkelijk bijna iedereen van die generatie overleden. De meeste Duitsers vinden dat nazi-misdadigers voor het gerecht gebracht moeten worden, ook al zijn ze hoogbejaard en ziek, zegt Efraim Zuroff, directeur van het centrum. De laatste jaren zijn 655 verdachten opgespoord, ruim 100 keer is de informatie overgedragen aan justitie en acht keer is het tot veroordelingen gekomen. Dus er gebeurt wel degelijk iets, al valt het meestal niet zo op als in het geruchtmakende proces tegen Demjanjuk. Zuroff is bepaald niet ontevreden over Duitsland. In Oostenrijk daarentegen is de laatste 30 jaar geen enkel proces gevoerd tegen een oorlogsmisdadiger.
De laatste nazi-jacht moet mensen opsporen die bij het centrum nog niet bekend zijn. En dat kan, zegt Zuroff. Vaak komen nog tips binnen van oude mensen, die zo iemand kennen en die het niet kunnen verkroppen dat deze vrouwen en mannen een vreedzame oude dag beleven, na alles wat ze op hun geweten hebben. Voor een goede tip wordt 25.000 euro betaald. Bezeten is hij niet; het is geen obsessie, maar een missie, zegt de nazi-jager over zijn eigen werk.
Soms neemt de Duitse waakzaamheid ridicule vormen aan. Momenteel loopt in Kassel een strafproces tegen de kunstenaar Jonathan Meese, die in juni 2012 in het kader van een performance tweemaal de Hitlergroet bracht. Het blad Der Spiegel had in de aanloop naar de Documenta een manifestatie georganiseerd onder de titel Grootheidswaan in de kunstwereld. En dit hoorde erbij. Is het kunst? Of een misdrijf? Volgens artikel 86a van de Duitse wet kan het brengen van de Hitlergroet bestraft worden met maximaal 3 jaar gevangenisstraf. Meese wil naar eigen zeggen (vooorzover je het kunt volgen) juist de uitgestoken arm ontdoen van zijn lading. Het is geen politiek gebaar, maar niet meer dan een `Muskelbewegung´, gewoon de armspier even gebruiken. Als het al een betekenis heeft, is het een protest tegen de dictatuur van de kunst (`Heil, Kunst, Heil!´), en kunst is partijloos, zegt hij.
Meese, wiens interviews soms ook in performances uitmonden waarbij het moeilijk is de scheidslijn te trekken, is van mening dat er sinds 1945 in zijn land niets goeds gebeurd is, alles is verwaterd en verweekt. Wat bedoelt u precies, wil het Openbaar Ministerie nu weten. De kunst in het beklaagdenbankje: legt u uw kunst eens uit. Het maakt een krampachtige indruk, dit optreden van het openbaar ministerie. Het proces zelf heeft veel weg van een satirische film; de eerste zittingsdag verliep al vrij komisch, omdat een van de rechters wel de advocaten van Meese de hand wilde schudden, maar hemzelf niet, waarna de verdediging meteen een klacht indiende wegens partijdigheid en het vertrek van de rechter eiste. Dat gaat allemaal lang duren, daar in Kassel.